SWIP-NL Academische lezing door Jingling Li op 20 februari 2020

Ter versterking van de zichtbaarheid van vrouwen in de academische filosofie start SWIP dit voorjaar met een reeks lezingen aan de verschillende Nederlandse universiteiten.

De eerste vindt plaats aan de universiteit van Leiden op donderdag 20 februari 2020 van 16.00 uur – 17.30 uur. De lezing zal gehouden worden door universitair docent Jingjing Li, onder de titel: The Yogācāra Dialectics of Gender: Re-reading the Canon and why it matters.

Wees welkom!

Voor meer informatie klik hier.

SWIP-NL Academische lezing door Jingling Li op 20 februari 2020: verslag

Op 20-2-2020 hield dr. Jingjing Li, universitair docent Chinese en comparatieve filosofie aan de Universiteit Leiden in samenwerking met SWIP een levendige lezing over de yogacara dialectiek van gender en de noodzaak van het heropenen van de canon door het herlezen van eeuwenoude boeddhistische Mahayana geschriften.

Li richtte zich op de Chinese yogacara bewustzijnsfilosofie en besprak de geschriften van Xuanzang (c.604-662 CE) en zijn leerling Kuji (632-682 CE). Volgens de filosofische canon is de beeldvorming over vrouwen in veel traditionele boeddhistische teksten vrij negatief. Li onderzocht of dit in de genoemde geschriften ook het geval is of dat een herlezing ervan een gender fluïde interpretatie toelaat. Dit laatste bleek het geval te zijn en verassend genoeg zijn ook de bodhisattvas ofwel de mediterende wijzen in deze traditie niet noodzakelijk man. Deze wezens, op weg naar de verlichting, kunnen in vele vormen aan ons verschijnen; als dier, als god, als man maar ook als vrouw!

Met haar herlezing van de Chinese yogacara geschriften maakte Li onzichtbaar vrouwelijke denkers zichtbaar en gaf zij de bodhisattvas een eigen stem. De lezing was goed bezocht – een SWIP-initiatief dat we zeker zullen continueren!

Louise Muller, PhD Universiteit Leiden

Longlist Hypatiaprijs 2020 bekend

Met genoegen presenteren wij de longlist voor de Hypatiaprijs. De tweejaarlijkse prijs voor het beste en meest prikkelende en actuele filosofieboek geschreven door een vrouw. Met het instellen van deze prijs willen we vrouwen in de filosofie in Nederland en Vlaanderen een podium bieden.

Longlist

Nicole des Bouvrie – Diagnose van de moderne filosoof Damon
Edith Brugmans – Weg van de enkeling Sjibbolet
Marjo Buitelaar, Moha Ennaji, Fatima Sadiqi en Karen Vintges – Activisme, feminisme en islam AUP
Lisa Doeland, Naomi Jacobs, Elize de Mul – Onszelf voorbij Arbeiderspers
Katleen Gabriels – Regels voor Robots Vubpress
Alicja Gescinska – Thuis in muziek De Bezige Bij
Alicja Gescinska – Intussen komen mensen om De Bezige Bij
Joke Hermsen – Het tij keren Prometheus
Henriëtta Joosten – De publieke sfeer in de 21e eeuw ISVW Uitgevers
Eva Meijer – De grenzen van mijn taal Cossee
Monica Meijsing – Waar was ik toen ik er nog niet was? Vantilt
Renée van Riessen – Van zichzelf bevrijd Sjibbolet
Ingrid Robeyns – Rijkdom Prometheus
Eva Rovers – Practivisme Prometheus
Ann Van Sevenant – Filosofie en fictie Klement

In 2018 won filosofe Eva Meijer de Hypatia-prijs met haar boek De soldaat was een dolfijn.

De Hypatia-prijs is vernoemd naar de Griekse filosofe Hypatia (ca 355-415). Zij was befaamd om haar wiskundige en astronomische kennis. Tegenwoordig fungeert ze als symbool van het feminisme.

De jury van de Hypatiaprijs bestaat uit Annemie Halsema (voorzitter), Cris van der Hoek, Mariska Jansen, Grace Ndjako en Khadija al Mourabit.

Vanwege de coronacrisis is de uitreiking op 16 mei uitgesteld. Het evenement zal op een latere datum plaatsvinden.

Hypatiaprogramma 2019: Column Jana Miah

Afgelopen 18 mei verzorgde SWIP-NL het Hypatia-programma 2019 over Sojourner Truth en intersectioneel feminisme. Onderstaand de afsluitende column door agoog Jana Miah.

Tijd voor Intersectionaliteit

door Jana Miah, MA.

Laten we het over de term intersectionaliteit hebben. Het is een concept dat over de voorbije jaren een essentieel deel is geworden van hoe ik de wereld benader. Ik leg graag uit waarom.

Kimberlé Crenshaw, een Amerikaanse juriste en professor, begon de term voor het eerst te gebruiken in de late jaren ’80. Als juriste diende ze het samengaan van verschillende uitsluitingsgronden aan de rechter te bewijzen. Voornamelijk wanneer het rechtszaken met zwarte vrouwen  betrof. Er bleek in die tijd amper een kader te bestaan om aan te tonen dat het samengaan van een bepaald gender en ras zorgt voor extra discriminatie in de maatschappij.

Toen ik tijdens mijn studies het concept van intersectionaliteit leerde kennen ervaarde ik dat als een openbaring. Het is zo vanzelfsprekend en ik schaamde mij erover dat ik hier niet eerder bij stil stond. Bijgevolg moest ik hierdoor mijn feminisme opnieuw overdenken. Wanneer ik over feminisme nadacht, merkte ik, nam ik de witte cultuur als norm. Ik besefte toen niet hoe die eigenlijk voorbijgaat aan de dagdagelijkse belevingen van vrouwen van kleur, aan die van vrouwen in armoede, aan die van vrouwen met beperkingen. Het is heel goed dat we strijden voor het doorbreken van het glazen plafond, maar voor wie voeren we die strijd eigenlijk?

Bell hooks, een Amerikaanse hoogleraar, stelde het zo: “Jarenlang aanschouwde ik de tegenzin van witte feministische denkers om het belang van etniciteit te erkennen. Ik aanschouwde hun weigering om te erkennen dat elke feministische beweging anti-racistisch moet zijn. Want enkel dan is zusterschap mogelijk. Maar ik aanschouwde ook een revolutie  waarin individuele vrouwen hun stem begonnen te gebruiken om witte onderdrukking te ondermijnen. Deze geweldige veranderingen herstelden mijn geloof in de feministische beweging en versterken de solidariteit die ik voel ten aanzien van alle vrouwen.”

We kunnen volgens bell hooks dus niet spreken van een feministische beweging als die niet inherent anti-racistisch is. Vrouwen moeten hun stem gebruiken om uitdrukkelijk tegen de witte patriarchale onderdrukking te spreken in het Westen.

Wat bell hooks schreef is voor mij nu nog steeds relevant. Zogezegde liberale feministen die opkomen voor de rechten van de vrouw, maar haar ondertussen wel de hoofddoek ontnemen, haar in de politiek geen stem geven, en haar in hun denktanks niet betrekken, zijn in mijn ogen geen feminist te noemen.

Lang heb ik gedacht dat die identiteitskenmerken niet belangrijk zijn. Dat waren ze althans niet in mijn leven. En nu snap ik beter waarom. Ik werd opgevoed in een warme en open-minded omgeving. Ik heb nooit gevoeld wat het is om arm te zijn. Ik heb tot op heden geen beperkingen. Ik kreeg de kans om hogere studies aan te vatten. Toch ervaar ik af en toe ook een anders-zijn. Mensen zien mij door mijn huidskleur soms als niet-Belg. En ik heb niet het gevoel dat ik overal mezelf kan zijn door mijn seksuele oriëntatie. We moeten die complexe situaties leren benoemen en herkennen.

Het blijft me ook verbazen hoe mensen andere mensen zo makkelijk in categorieën opdelen. Iemand is ‘een’ migrant, gehandicapt, moslim,… alsof een persoons identiteit volledig door dat ene kenmerk kan samengevat worden. In 2002 schreef Helma Lutz, professor in de sociologie in Frankfurt, dat intersectionaliteit het denken over verscheidenheid is. Het gaat uit van een verbondenheid van dimensies die mensen doen verschillen van elkaar. We staan niet los van elkaar in de samenleving, maar we worden net geordend door onze kenmerken. Hiermee geeft ze duidelijk aan dat mensen niet op te delen zijn in aparte categorieën.

Als mens zijn we geen optelsom van dingen. We zijn geen apart te benaderen categorieën. We zijn complex, we zijn een soort van heerlijke cake met verschillende ingrediënten. Je kan die ingrediënten niet apart van elkaar kan zien. We bestempelen cake ook niet gewoon als ‘bloem’ of ‘eieren’. Een cake is veel meer dan dat. Laten we dat dan ook niet bij mensen doen. En ja, soms is het nodig om de ingrediënten te beschrijven, om te kijken waarom een bepaalde cake in onze maatschappij hoger wordt gewaardeerd dan een andere. En laten we dan uiteindelijk beseffen, dat cake cake is. Dat we allemaal mensen zijn. Dat we samen moeten vechten voor die gelijkwaardigheid, door problemen te benoemen. Door mensen samen te erkennen.

Voor wie kom ik precies op? Bijvoorbeeld tijdens mijn werk bij een LGBT koepel. Voor mensen die niet voldoen aan de gendernorm? Kom ik ook op voor mensen van de laagste klasse? Voor mensen met een beperking? Heb ik gedacht aan het feit dat misschien niet iedereen Nederlands spreekt? Tijdens het open onthaal dat ik tijdens mijn baan openhoud, ontmoet ik veel mensen, ook de meest kwetsbaren. Dakloze personen, mensen die pas vanuit een ander land naar België geïmmigreerd zijn, mensen die psychisch kwetsbaar zijn. Dit zorgt ervoor dat ik niet anders kan dan ook voor hen opkomen. Ik deed het niet vanzelfsprekend, mijn ogen moesten geopend worden. Matsuda, Amerikaans advocaat, activist, en professor, benoemde dit in de jaren ‘90 als het stellen van ‘the other question’ of de andere vraag. Als we nadenken over uitsluiting en discriminatie zoals racisme bijvoorbeeld. Dan kunnen we onszelf de vraag stellen: welke andere discriminatiegronden spelen hier nog? Is er hier ook sprake van seksisme? Is er hier ook discriminatie op basis van sociale klasse? Zo kunnen we stapje voor stapje onze blinde vlekken wegwerken.

Ik moet toegeven, het geeft me ook wel stress. Hoe kan ik niemand vergeten? Gelukkig hoef ik hier niet alleen over na te denken. Meer nog: dat zou compleet belachelijk en ongepast zijn. We moeten mensen blijven uitnodigen om de denkoefening met ons te maken. Want intersectionaliteit gaat voor mij net over je blik verruimen. Het gaat over mensen erkennen, die voorheen niet erkend werden. Alleen zo kunnen we machtsstructuren doorbreken. Want zoals Crenshaw ook stelt: “if there is no name for a problem, you can’t solve it.”

Ik wil dat het normaal is om intersectioneel te denken. Ik wil dat het normaal is om intersectioneel te handelen. Ik wil dat we de witte middenklasse norm doorbreken. Dat we het allemaal doen. Dat mensen die zich bevinden op het kruispunt van verschillende onderdrukkende identiteitskenmerken de voorgrond nemen. Ik wil méér luisteren en méér leren. Hopelijk jullie ook.

Jana Miah, MA studeerde agogische wetenschappen en gender studies en werkt momenteel als gelijke kansenmedewerker bij Casa Rosa, een koepelorganisatie van Oost-Vlaamse LGTBQ+verenigingen. Vanuit haar feministische blik op het leven zal Miah haar visie op intersectionaliteit delen.

Conference by Women in Philosophy 2019: respondenten gezocht

Ook dit jaar steunt SWIP-NL de jaarlijkse Conference by Women in Philosophy. Ze vindt dit maal plaats in Groningen, 23 en 24 juni a.s. met een interessant programma, waaronder de key note van hoogleraar ethiek Heather Widdows.

De organisatoren zijn nog op zoek naar respondenten voor verschillende onderwerpen (zie onderaan deze post).

 

CWIP 2019 call for respondents

For the Conference by Women in Philosophy 2019, we are looking for respondents willing to comment on presentations, which will take place Monday 24 June at Rijksuniversiteit Groningen (RUG). The program of the conference, where all talks are listed, can be found under Program 2019.

The goal of the conference is to provide a platform for undergraduate and graduate women philosophers to present their work to their peers. In this way we hope to create an opportunity for young women philosophers to inspire and motivate one another and to forge potentially productive alliances. We have a great number of young women philosophers present papers on a wide variety of topics.

The conference features a plenary discussion with keynote speaker prof. dr. Heather Widdows, as well as two symposia with experienced women philosophers working at universities in The Netherlands and Belgium. One symposium on ‘Feminist philosophy and Exclusion’ will be featured by dr. Charlotte Knowles (RUG) and prof. dr. Iris van der Tuin (UU). The other symposium will be on ‘Neurodiversity’ and featured by dr. Kristien Hens (UA), prof. dr. Trudy Dehue (RUG) and dr. Annelies Kleinherenbrink (UvT).

Anyone interested in providing commentary (or wanting to read one or some of the abstracts before deciding so) can send an email to womeninphilosophyconference@gmail.com. Please mention on which paper you would like to comment, provide a short explanation why you are suitable to respond to this paper, and if you are interested in attending the whole conference. We will let you know as soon as possible whether you will be invited to comment.

One of the goals of the conference is to help each other develop as philosophers. For this reason, we find it valuable that all speakers get a prepared response to their work. Because of the variety of topics, we are looking for respondents with different backgrounds (respondents of any gender are welcome). Experienced women in academic philosophy working at universities in The Netherlands and Belgium are especially encouraged to be a respondent. We think all participants can really benefit from their presence at our conference.

The program can be found here.
You can find our Call for Registration here.

 

We are still looking for respondents for the following talks:

– On Kant’s Conception of Pure Intuition: how pure intuitions can both ground and depend on empirical intuitions. Lisa Benossi
– Voting on Mandatory Vaccinations: A Contextualisation of the Legitimacy of Referendums. Malvina Ongaro
– Can easy ontology settle the special composition debate in metametaphysics? Elizabeth Holt
– Does the dual theory of gender solve the inclusivity and normativity problems? Viktoria Matejova
– Inclusion and Fairness in Education. Leia Hopf
– A Consequentialist Way of Looking at Values in Science. Jisoo Seo
– The Body: point d’appui between Power and Resistance. Maura Ceci
– Cultural Global Rectificatory Justice. Ruth Kleczewski
– Kant and Maria von Herbert on Reticence, Simulation and Deception. Geertje Bol
– Transparent Talk about Sexualities. Taboo, Shame and Discretion versus Open Speech and Sexpositivity. Anna Mense

Hypatialezing 2019: Sojourner Truth en intersectioneel feminisme

Sojourner Truth: van oorsprongsverhaal tot sleutelfiguur voor intersectioneel feminisme

Hypatia-lezing Society for Women in Philosophy-NL 2019

Katrine Smiet, Karin Amatmoekrim, Jana Miah, Tina Rahimy

De laatste jaren is er zowel in academische als activistische kringen veel over intersectionaliteit geschreven en gedebatteerd, waarbij de term op veel verschillende manieren wordt begrepen en ingezet. Kan intersectionaliteit het beste begrepen worden als een theorie, een methode of een perspectief? Hoe verhoudt ‘intersectionaliteit’ zich tot andere kritische perspectieven op verschil en ongelijkheid? Heeft de toenemende bekendheid van de term geleid tot haar depolitisering en afzwakking?

In de Hypatia-lezing benadert Katrine Smiet theoretische en politieke debatten rond intersectionaliteit aan de hand van het inmiddels iconische verhaal van de tot slaaf gemaakte Sojourner Truth (1797-1883). Zij sprak zich op het kruispunt van feminisme en anti-racisme uit tegen verschillende vormen van onderdrukking en uitsluiting. In plaats van Sojourner Truth te begrijpen als een ‘oorsprongsverhaal’ voor intersectioneel feministisch denken, wordt Truth gepositioneerd als een sleutelfiguur die een nieuw perspectief kan bieden op intersectioneel feminisme vandaag.

Na de lezing volgt een gesprek tussen Smiet en schrijfster en publicist Karin Amatmoekrim, begeleid door politiek filosoof Tina Rahimy. Agoog Jana Miah sluit het programma af met een column.

Dr. Katrine Smiet promoveerde in 2017 aan de Radboud Universiteit Nijmegen met een proefschrift over de academische receptiegeschiedenissen van het verhaal van Sojourner Truth. Sindsdien werkt ze als docent bij Gender Studies aan de Universiteit Utrecht.

Karin Amatmoekrim, MA studeerde psychologie en moderne letterkunde (specialisatie etniciteit en Surinaamse cultuur). Binnen haar werk spelen identiteit en het (on)vermogen van mensen om elkaar echt te kennen een belangrijke rol. Zij is auteur van de romans Wanneer wij samen zijn (2006), De man van veel (2013) en Tenzij de vader (2016) en publiceert regelmatig in o.m. De Groene Amsterdammer en NRC Handelsblad. Amatmoekrim maakte tevens deel uit van de adviesraad Cultuur van de gemeente Den Haag en was lid van de Raad van Toezicht van Forum, het kennisinstituut voor multiculturele vraagstukken.

Jana Miah, MA studeerde agogische wetenschappen en gender studies en werkt momenteel als gelijke kansenmedewerker bij Casa Rosa, een koepelorganisatie van Oost-Vlaamse LGTBQ+verenigingen. Vanuit haar feministische blik op het leven zal Miah haar visie op intersectionaliteit delen.

Dr. Tina Rahimy is politiek filosoof. Haar onderzoek richt zich op de betekenis van filosofie voor politieke en maatschappelijke praktijken en de relevantie van het dagelijkse leven voor het filosofische denken. Zij is lector Sociaal werk in de superdiverse stad op de Hogeschool Rotterdam. 

Locatie: Theater Perdu

Adres: Kloveniersburgwal 86, Amsterdam

Tijden: -inloop vanaf 13.00 uur;

-programma van 13.30 uur tot 15.30 uur;

-Algemene Ledenvergadering SWIP-NL: 16-17u.

Graag even reserveren via info@swip-filosofie.nl.

Society for Women in Philosophy-NL (SWIP-NL) organiseert elk jaar een Hypatia-programma ter vergroting van de zichtbaarheid van vrouwelijke filosofen. Tweejaarlijks wordt de Hypatia-prijs uitgereikt voor het beste filosofische boek door een vrouw; het andere jaar organiseert SWIP-NL de Hypatia-lezing.

SWIP-NL Leesgroep: Nussbaum – Het Kwetsbare Leven

De maandelijkse leesgroep o.l.v. Dr. Loes Derksen gaat dit najaar verder met een nieuw thema: Martha Nussbaum, Het Kwetsbare Leven.

Tijd: Van sept. t/m juni, laatste vrijdag van de maand van 14:00-16:00, met uitzondering van december.

Plaats: Twaalfde verdieping van het hoofdgebouw van de Vrije Universiteit, de Boelelaan 1105, Amsterdam, zaal 12A92. Deze zaal bevindt zich in het gesloten kantoor gedeelte. We verzamelen tegenover 12A44 om 14:00 om gezamenlijk naar de zaal te gaan. Daarom graag op tijd komen!

Literatuur: Martha Nussbaum, The fragility of goodness. Luck and ethics in Greek tragedy and philosophy. We lezen het hele boek. Zelf aan te schaffen. Editie en eventueel vertaling naar keuze. In het rooster wordt uitgegaan van de Engelse editie.

Toegangseisen: Colleges filosofie gevolgd op universitair niveau. Lezen van de teksten die besproken worden. De leesgroep is gratis toegankelijk.

Aanmelding bij de organisator/gespreksleider, Loes Derksen, l.d.derksen@vu.nl

Data en te bespreken teksten:

27 sept. Inleiding, Hoofdstuk 1, “Luck and ethics” en Deel I, Tragedy: fragility and ambition, Hoofdstuk 2, ‘Aeschylus and practical conflict”, p. 1-50.

25 okt. Hoofdstuk 3, “Sophocles’ Antigone: conflict, vision and simplification”, p. 51-84.

29 nov. Deel II, Plato: goodness without fragility?, Introduction, Hoofdstuk 4 The Protagoras; a science of practical reasoning”, Interlude 1, p. 89-135.

31 jan. Hoofdstuk 5, “The Republic: true value and the standpoint of perfection”,  Hoofdstuk 6, “The speech of Alcibiades: a reading of the Symposium”, tot het eind van paragraaf III, p. 136-184.

28 febr. Hoofdstuk 6, “The speech of Alcibiades: a reading of the Symposium, vanaf paragraaf IV, Hoofdstuk 7, “This story isn’t true, madness, reason and recantation in the Phaedrus”, p. 184-233.

27 maart Deel III, Aristotle: the fragility of the good human life”, Introduction, Hoofdstuk 8, “Saving Aristotle’s appearances”,  Hoofdstuk 9, “Rational animals and the explanation of action”, p. 235-289.

24 april Hoofdstuk 10, “Non-scientific deliberation”, Hoofdstuk 11, Vulnerability of the good life: activity and disaster”, p. 290-342.

29 mei Hoofdstuk 12, “The vulnerability of the good human life: relational goods”, “Appendix to Part III, human and divine”, en Interlude 2: luck and the tragic emotions”, p. 343-194.

26 juni Epilogue: tragedy, Hoofdstuk 13, “The betrayal of convention: a reading of Euripides’ Hecuba”, p. 395-421. Conclusies, afsluitende discussie over het boek.

Bijeenkomst ‘Feministisch denken’

Wat zijn 70 jaar na De Tweede Sekse van Simone de Beauvoir actuele thema’s in de feministische filosofie?

Ecologische omstandigheden, ontwikkelingen in de neurowetenschappen, vraagstukken rond de verwevenheid van klasse, gender en etniciteit,  alsook de terugkeer van seksisme in met name conservatief populistische kringen, dwingen tot een herbezinning op de relatie tussen natuur en cultuur, sekse en gender, vrouwelijkheid en mannelijkheid….

SWIP-NL organiseert samen met het tijdschrift Wijsgerig Perspectief ter gelegenheid van het themanummer Feministisch denken een bijeenkomst met Nathanja van den Heuvel, Annelies Kleinherenbrink, Veronica Vasterling en anderen.

Datum: 17 november
Tijd: 13.30 uur – 15.30 uur, inloop vanaf 13.00 uur
Adres: Perdu, Kloveniersburgwal 86 in Amsterdam

De toegang is gratis

Juryrapport Hypatiaprijs SWIP-NL 2018

De Hypatia-prijs van de Society for Women in Philosophy – Nederland en Vlaanderen (SWIP-NL) werd op 14 april 2018 voor het eerst uitgereikt. Deze tweejaarlijkse prijs wordt aangeboden aan het beste filosofische boek geschreven door een vrouw.

Met het instellen van deze prijs wil SWIP-NL de aandacht voor vrouwelijke filosofen die werkzaam zijn in Nederland en Vlaanderen vergroten. De prijs is vernoemd naar de Griekse filosofe Hypatia (ca. 355-415). Zij was befaamd om haar wiskundige en astronomische kennis. Tegenwoordig fungeert ze als symbool van het feminisme. De prijs, een wisseltrofee, bestaat uit een bronzen beeldje van Hypatia. Dit beeld is gemaakt door de Iraanse kunsthistorica en beeldhouwster Elnaz Ghaemi en is mede gefinancierd door de Nederlandse Onderzoeksschool Genderstudies.

Jury

De jury van de Hypatia-prijs 2018 bestond uit Annemie Halsema (voorzitter), Cris van der Hoek, Mariska Jansen, Grâce Ndjako en Khadija al Mourabit; allen zijn werkzaam op het terrein van de filosofie.

Longlist

Uit een rijke longlist van 26 werken, heeft de jury een selectie van vijf boeken samengesteld. We werden vaak aangenaam verrast door de originele stijl en vernieuwende invalshoeken van de boeken. De longlist (zie bijlage) vertoonde een grote rijkdom aan thema’s: van filosoferen over techniek tot filosoferen met kinderen, van academische werken tot boeken over publieksfilosofie, van feministische thema’s tot straat- en dierenpolitiek. Vrouwelijke filosofen zijn duidelijk niet onder één noemer te vangen. Zij denken niet alleen na over zeer diverse onderwerpen, maar hanteren ook verschillende stijlen. In de longlist zijn filosofische romans, toneelteksten, essaybundels, boeken voor een breder publiek en boeken gericht op academische discussie opgenomen.

 

Criteria

Bij de selectie heeft de jury de volgende criteria gehanteerd:

  • Het boek is verschenen in 2016 of 2017.
  • De auteur is een vrouwelijke filosofe werkzaam in Nederland of Vlaanderen. Ze is niet noodzakelijk verbonden aan een universiteit.
  • Ook Engelstalige werken kunnen meedingen, mits bij een Nederlands of Vlaamse uitgever gepubliceerd.
  • De vorm van het werk ligt niet vast. Het kan een academisch boek zijn, maar ook een essaybundel, bedoeld voor het grote publiek.
  • De prijs gaat naar het beste filosofische werk. Dit betekent dat het goed geschreven, actueel en origineel is.
  • Conform de doelstellingen van SWIP.NL heeft de jury tot slot als criterium gehanteerd dat het boek op enigerlei wijze en voor enige groep emancipatoir moet zijn. We hebben een brede omschrijving gehanteerd van “emancipatoir” en doelen hiermee niet enkel op vrouwen in de filosofie: het boek kan bijvoorbeeld ook kinderfilosofie promoten, of zich richten op een ander probleem dat tot dusver in de filosofie minder belicht is, zoals het omgaan met sociale media, het kan gaan over dieren, over migranten.

 

Selectie shortlist

Na intensieve beraadslaging en discussie is de jury tot een shortlist gekomen van goed geschreven en originele filosofische boeken. Typisch is dat ze allemaal een andere strijd voeren en het denken op hun eigen terrein verder brengen. Ze zijn in zeer verschillende opzichten actueel. In alfabetische volgorde:

 

Sanne van Driel – De strijd van het kleine meisje

In deze uitgave van haar masterscriptie werpt Sanne van Driel een geheel nieuw licht op anorexia, wat meestal als een meisjesziekte wordt beschouwd: het boek is te zien als een “om”-schrijving van anorexia, het is niet langer een ziekte maar een strijd. Aan de hand van filosofen als Nietzsche, Deleuze en Foucault bekritiseert Van Driel het gangbare vertoog over anorexia en laat zien dat het verzet dat anorexia vormt juist breekt wanneer het een ziekte wordt genoemd. Anorexia is voor haar een buiten het lichaam treden, waarbij de anorectische logica steeds meer voor zichzelf, d.w.z. buiten het bewustzijn om begint te werken, terwijl het lichaam in elkaar stort. Klassieke geest-lichaam tegenstellingen werken dus niet om anorexia te duiden. Ze voegt toe: “een logica die alleen kleine meisjes begrijpen”. Dat klinkt zoetsappig, maar in het boek staat meisje-zijn voor strijd en strijdbaarheid. Dit boek is onderscheiden met de Van Helsdingen aanmoedigingsprijs voor psychiatrie en filosofie.


Eva Meijer – De soldaat was een dolfijn

In dit boek pleit Eva Meijer voor een andere manier van denken over dieren en onderzoekt zij hoe mensen samen met dieren hun relaties vorm kunnen geven. Het gaat Meijer niet enkel om het toekennen van rechten aan dieren, of om het onrecht dat hen wordt aangedaan te beëindigen. Zij pleit ervoor het antropocentrisme te beëindigen en dieren te beschouwen in het verlengde van mensen, als wezens die in een gemeenschap (met of zonder mensen) leven en politiek handelen. Dieren zijn politieke actoren, zo luidt haar originele en radicale stelling. Ze onderbouwt deze stelling met tal van voorbeelden en laat zien dat dieren en mensen voortdurend met elkaar omgaan. Ze onderhandelen, strijden, werken samen. Dieren verzetten zich en protesteren, zoals dolfijn Takoma uit de titel: deze dolfijn was getraind door het Amerikaanse leger als soldaat in Irak, maar keerde – anders dan zijn collega – niet terug van een missie. Aangenomen wordt dat hij gedeserteerd is. Meijer pleit, onder meer door analogieën te trekken met het feminisme en met disability studies (in navolging van Donaldson en Kymlicka), voor een “meersoortige” democratie en voor een visie op dieren als dependent agents.

 

Miriam Rasch – Zwemmen in de oceaan

In deze verzameling essays denkt Miriam Rasch aan de hand van persoonlijke ervaringen en met tal van filosofen als Stiegler en Kierkegaard en literatoren als Knausgard en Proust na over het leven in een postdigitale wereld. Een wereld waarin de digitalisering zich op alle terreinen van het leven heeft voltrokken en die daardoor wel wat nieuwe oriëntatiepunten kan gebruiken. De twaalf essays zijn vaak letterlijk probeersels die de lezer aansporen zelf verder na te denken over kwesties die verre van eenduidig zijn, zoals bijvoorbeeld het fenomeen transparantie. Rasch slaagt erin ver weg te blijven van het al te bekende techno-optimisme of techno-pessimisme en heeft een scherp en kritisch oog voor de verwevenheid van mens en techniek. Ze analyseert niet alleen de invloed van het online zijn, maar laat ook zien dat een programma als Excel allesbehalve een neutrale tool is. En ze wil tegenwicht bieden aan het “menselijk industrieel complex van Silicon Valley”, wat bijna een jaar na het verschijnen van dit boek alleen maar urgenter is geworden.


Marjan Slob – Hersenbeest

De centrale gedachte in het essay Hersenbeest van Marjan Slob is dat hersenwetenschappers tegenwoordig wel roepen dat “wij ons brein zijn”, maar dat dit zogenaamde “brein-discours” slechts een eenzijdige kijk op de mens is. Want, zo vraagt zij zich af, is het laboratorium eigenlijk wel de meest geschikte plaats om de essentie van ons mens-zijn te onderzoeken? “Kun je echt je vinger leggen op wat het is om mensen te zijn (…) als je de ene mens tot een soort laboratoriumrat maakt die het onderzoeksobject wordt van het andere mens?” Slob denkt van niet, natuurwetenschap alleen schiet tekort. Innerlijke ervaringen, de binnenwereld van mensen behoren tot het domein van de geestwetenschappen en moeten worden meegenomen in de zoektocht naar wie wij nu eigenlijk zijn.
Hersenbeest is een helder geschreven, verrassend en prikkelend betoog waarin Slob overtuigend de manco’s aantoont van het huidige “brein-discours”. In 2017 is dit boek – en naar de mening van deze jury terecht – onderscheiden met de Socrateswisselbeker voor het beste publiek-filosofische werk.


Karen Vintges – A New Dawn for the Second Sex

In dit boek laat Karen Vintges zien dat Simone de Beauvoirs analyse in De tweede sekse nog steeds actueel is en relevant in een globaal perspectief. Ook al is er inmiddels het een en ander bereikt, toch vormt het patriarchaat nog een veelkoppig monster, een Hydra, die telkens weer de kop opsteekt – ook als er weer eens een kop is afgeslagen. Dit impliceert dat er ook een veelheid aan verschillende strategieën noodzakelijk is om dit monster te bestrijden. Vintges schetst in het boek feministische vrijheidspraktijken, in de Marokkaanse context en in het Westen, die een kritisch potentieel bieden en uitzicht op verandering. Zij bespreekt bijvoorbeeld levensverhalen van Islamitische vrouwelijke heiligen als vrijheidspraktijk; analyseert beelden als de supervrouw, en geeft een boeiende interpretatie van The Twilight Saga. Vintges ontwerpt zo op basis van oude bronnen als De tweede sekse een nieuw globaal feminisme.

 

Prijswinnaar

Wat is uiteindelijk het beste filosofische boek geschreven door een vrouw in 2016-2017? Met zoveel goede boeken was het behoorlijk lastig kiezen. De jury is het er niettemin over eens dat Eva Meijers De soldaat was een dolfijn het meest originele en vernieuwende boek is. Haar boek ontwikkelt op basis van bestaande filosofische inzichten, maar zonder daar al te veel op te leunen, en eigenzinnige visie op dieren als politieke actoren. Voor de jury was niet alleen dit boek een plezier om te lezen, maar vormde ook Meijers Dierentalen dat in 2016 is uitgekomen en waarin zij ingaat op de verschillende soorten van taalgebruik door dieren, die ze omschrijft als niet menselijke taalspelen, een eye-opener. Toegankelijk en tegelijkertijd fundamenteel weet Meijer te tonen dat we de grens tussen mens en dier los moeten laten en met dieren in gesprek moeten gaan, waardoor we niet alleen anders over dieren zullen gaan denken, maar uiteindelijk ook over onszelf.

Bijlage: Longlist Hypatia-prijs 2018

 

Babs van den Bergh – Wat kan mij gebeuren?
Hannah van Binsbergen – Kwaad gesternte
Désanne van Brederode – Als stilte steekt
Woei-Lien Chong – Filosofie met de vlinderslag
Laura van Dolron – Liefhebben
Laura van Dolron – Wij
Sanne van Driel- De strijd van het kleine meisje
Lieve Goorden – De sprong in de techniek
Joke Hermsen – Melancholie van de onrust
Marli Huijer – Leve de publieksfilosofie
Marli Huijer – Achterblijven
Sanne Huysmans – Rafelen
Henrietta Joosten – Streven naar beter
Femke Kaulingfreks – Straatpolitiek
Annemarie Kok – Binding genoeg
Celine Linssen – De beste dagen van ons leven
Lieke Marsman – Het tegenovergestelde van een mens
Eva Meijer – De soldaat was een dolfijn
Eva Meijer – Dierentalen
Mieke Moor – Werken in het wit
Miriam Rasch – Zwemmen in de oceaan
Daan Roovers – Mensen maken
Simone van Saarloos – De vrouw die
Marjan Slob – Hersenbeest
Karen Vintges – A New Dawn for the Second Sex
Sabine Wassenberg – Kinderlogica